De E. Coli-bacterie en het Rota-virus zijn de veroorzakers van speendiarree, ook wel slingerziekte of oedeemziekte genoemd. De ziekte treedt meestal anderhalve week tot drie weken na het spenen op. Zieke biggen lopen slingerend rond, liggen vaak op hun zij en maken daarbij ‘fietsende’ bewegingen. De oogleden en het strottenhoofd zijn vaak verdikt (oedeemvorming). Bij roze of witte varkens zien de oren, ogen en buik er soms wat blauwig uit. De ontlasting is waterig.
Een goede hygiëne en een droog en tochtvrij varkenshok kunnen de ziekte voorkomen. Voldoende rust en ruimte helpen ook, want stress is een verergerende factor. Het belangrijkste echter is een goede overgang van moedermelk naar vast voedsel. Vóór het spenen moeten de biggen al wennen aan het eten van varkensvoer, hooi en groente, steeds een beetje meer. Sommige biggen zijn nogal hardnekkig in hun voorkeur voor moedermelk, dus die moeten een beetje richting vast voer gestimuleerd worden met lekkere hapjes. In de lege magen van gespeende biggen die niet (genoeg) willen eten, kan met name de E. coli-bacterie zich ongehinderd vermeerderen.
Veel varkensfokkers geven biggenkopers een bepaalde hoeveelheid van het door hen verstrekte voer mee. Doet een fokker dat niet, vraag dan welk merk hij gebruikt en koop het zelf, of neem gewoon wat voer tegen een vergoeding van hem over. Zo wordt de overgang voor de big zo gemakkelijk mogelijk en blijft de kans op speendiarree heel klein. Speendiarree wordt behandeld met antibiotica.
Gerelateerde onderwerpen:
- Geboortediarree bij biggen
- Bloeddiarree bij biggen
- Gele diarree bij biggen
- Vetdiarree bij biggen
- Voeding en diarree bij varkens
- Voeding van varkens
Terug naar:
