Gebitsafwijkingen bij het paard in de vorm van haken, wolfstanden en te lange snijtanden kunnen problemen veroorzaken bij het voeren en rijden. Een paard heeft 24 kiezen, 12 snijtanden, 4 hoektanden en soms 1 of 3 wolfskiesjes. Al deze tanden verschillen van die van andere dieren: ze groeien door. Paarden die hun gebit te weinig gebruiken zullen eerder last krijgen dan paarden die onder redelijk natuurlijke omstandigheden worden gehouden. Krijgen ze alleen brokken, dan slijten de snijtanden onvoldoende af.
Paarden kauwen hun voedsel met een ronde, zijwaartse beweging. De bovenkaak is breder dan de onderkaak. Hierdoor ontstaat bijna altijd ongelijkmatige slijtage. Beitescherpe randjes, haken genoemd, worden dan gevormd op de buitenkant van de bovenste kiezen en de binnenkant van de onderste kiezen. Haken kunnen irritaties en verwondingen veroorzaken aan tong en wangen. Ook de resten van melkkiezen die te lang bovenop de blijvende kiezen blijven zitten ('doppen') kunnen met hun scherpe punten en haken de mond beschadigen. Wolfstanden zijn verschillend van vorm en kunnen tot een pijnlijke punt uitgroeien.
Beroepsvereniging van paardentandartsen en gebitsverzorgers
Gezien de eet- en leefomstandigheden van het moderne paard is een bezoek van een keer per jaar aan de paardentandarts of een gebitsverzorger aanbevolen. Regelmatige mondcontrole door de eigen veearts (bijvoorbeeld gelijk met de jaarlijkse inentingen) is ook een optie. De veearts kan dan op tijd problemen signaleren, ze deels zelf verhelpen en indien nodig doorverwijzen naar een paardentandarts. Paardentandartsen en gebitsverzorgers zijn te vinden op de website van hun beroepsvereniging: de Nederlandse Vereniging voor Gebitsverzorging bij het Paard.
Een paard met gebitsproblemen kan baat hebben bij een (tijdelijke) aangepaste voeding.
Zie ook de filmpjes uit de Levende Have-serie 'Komt een paard bij de tandarts...':
Deel 1: een 5-jarige merrie
Deel 2: een 14-jarige merrie
Deel 3: een oud paard
Deel 4: kiezen en doppen
Gerelateerde onderwerpen:
Terug naar: