De boerengans, ook wel huisgans, tamme gans of witte gans genoemd, kwam vroeger vooral voor op boerenerven waar ze dienden als waakgans, als leverancier van eieren, veren en vlees. Deze anser anser domesticus stamt af van de wilde grauwe gans en is meestal wit. De domesticatie had zo'n 4000 jaar geleden plaats. In Egypte is hiervoor archeologisch bewijs gevonden. De vrouwtjes leggen zo'n 50 eieren per jaar, die tussen de 120 en 170 gram wegen.
Tegenwoordig zijn de boerenganzen vooral in trek bij hobbyhouders, maar je ziet ze ook wel in het wild. Het gaat dan om ontsnapte exemplaren die zich in de natuur goed staande weten te houden.
Terug naar: