In Europa zijn streekgebonden gedomesticeerde rassen ontstaan. Ze hebben hun oorsprong in de natuur en stammen af van bijvoorbeeld de Grauwe gans (Anser anser). Toen mensen deze ganzen gingen fokken voor eigen gebruik is er bij de fok geselecteerd op nuttige eigenschappen (bijv. vleesproductie). Deze rassen worden tegenwoordig veelal als hobbydier gehouden en gefokt.
Ganzenrassen die van de Grauwe gans afstammen, zijn bijvoorbeeld:
- Toulouse gans
- Steinbacher gans
- Pommerse gans
- Celler gans
- Witte Boerengans
- Frankische landgans
- Twentse landgans
- Sebastopol of Krulveergans
- Romaanse gans
- Tula gans
Er zijn ook enkele rassen die de Zwaangans (Anser cygnoides) als voorouder hebben:
Fokkers hebben dus meerdere rassen gecreëerd. Er is nogal een verschil in grootte: de meeste ganzenrassen wegen veelal tussen de zes en acht kilo, maar de Toulouse gans kan wel 10 kilo bereiken. Ook de maximale leeftijd varieert nogal. De Grauwe gans (de wilde voorouder) kan wel meer dan twintig jaar oud worden.
Terug naar: