De Tinker is een robuust paardenras, met wortels in de Roma-cultuur van de rondreizende zigeuners in Ierland en Engeland. Dat op zich maakt het ras al zo bijzonder: de verwevenheid met een mensenvolk. Eeuwenlang hebben de Roma’s geleefd en gewoond met hun Tinkers. Het dier werd gebruikt als werkpaard voor de woonwagens, en tegelijkertijd moest het ook een rustig familiepaard zijn. Vooral de laatste eigenschap is nog sterk aanwezig.Door zijn rustige en betrouwbare karakter is de Tinker een familiepaard bij uitstek. Voeg daarbij hun verschijning - prachtige manen die woest en elegant tegelijk de hals flankeren en het ‘behang’, oftewel de haardos boven de hoeven - en je hebt niet alleen een fijn rijpaard, maar ook nog een indrukwekkende verschijning. Tinkers zijn fors om te zien (afhankelijk van het type varieert de stokmaat van 1,35m tot en met 1,70 m), maar toch sierlijk. Zowel aangespannen als onder de man presteren ze goed.
Hoewel de Tinker geen hoge eisen stelt aan zijn verzorging, vergt de beharing wel speciale aandacht. De weelderige manen kunnen met de handen worden 'gekamd'. Door de manen te vlechten, wordt klitvorming tegengegaan. Het mes moet in de staart, zodra deze over de grond sleept. Zo doen de zigeuners dat ook. Verder moet de staart geborsteld en voor shows ingevlochten. De sokken droog houden is belangrijker dan ze te wassen.
De Tinker is een flinke eter. Met gras en hooi komen ze een heel eind, maar daarnaast kan je krachtvoer geven met een laag eiwitgehalte. Tinkers die het rustig aan doen, hebben geen bijvoeding nodig. Maar als er gewerkt moet worden, dan krijgen ze naast voldoende hooi en gras ook nog eens een halve tot drie kilo per dag aan brok. De Tinker is ook een flinke drinker. Een Tinker die op hooi en brok staat, kan in anderhalve dag wel honderd liter water op.
(1) Tinker bij uitstek geschikt voor free style, Levende Have december 2005
Terug naar: