Nu het vogelgriepvirus elk moment weer kan opduiken in een omgeving met diverse soorten wilde vogels*), zijn er ook voor hobbypluimveehouders en kinderboerderijen vrijwillig toe te passen maatregelen denkbaar waarmee ze een besmetting kunnen voorkomen.
Wageningen Bioveterinary Research (projectleider), de Faculteit Diergeneeskunde en Institute for Risk Assessment Sciences (IRAS) van de Universiteit Utrecht, Royal GD en Sovon Vogelonderzoek Nederland hebben op een rij gezet welke maatregelen het risico op besmetting kunnen verminderen. Veel van die maatregelen richten zich op het voorkomen van contact met de uitwerpselen van wilde vogels en restanten van dode vogels, zoals karkassen en veren. De voorgestelde, vrijwillige maatregelen gaan vooraf aan een eventuele ophok- en afschermplicht, die wordt ingesteld als er weer een uitbraak is.
Vuile en schone weg
De maatregelen zijn afgestemd op grote bedrijven, maar ook kinderboerderijen en hobbypluimveehouders kunnen er hun voordeel mee doen. Zo is er voor commerciële bedrijven de mogelijkheid om verschillende zones in te stellen, met vuile, semi-vuile en schone gebieden. Veel kinderboerderijen maken dit onderscheid al door een scheiding aan te brengen tussen een vuile en een schone weg. Door van schoeisel te wisselen voor het betreden van het gebied waar het pluimvee rondloopt, kunnen ook hobbyhouders insleep van virus voorkomen.
Teken de petitie voor vaccinatie van hobbypluimvee tegen vogelgriep. Klik hier
Ongediertebestrijding
Ongediertebestrijding is eveneens een belangrijk punt, omdat muizen en ratten besmet materiaal via hun vacht en poten kunnen transporteren. De beste methode is nog altijd om voerresten direct op te ruimen en het voer in een dichte ton te bewaren.
Dode vogels opruimen
Vind je een dode wilde vogel bij jou in de omgeving? Ruim deze dan zo snel en zorgvuldig mogelijk op. Haal ook alle veren weg. Virus kan in de veren lang - ongeveer een maand bij 4 graden Celcius - overleven. Draag bij het opruimen wegwerphandschoenen, was je handen met water en zeep en droog ze daarna goed. Vind je drie of meer dode watervogels of 20 of meer andere dode vogels - neem dan contact op met het landelijk meldpunt: (045) 546 31 88.
Pluimvee raakt geïnfecteerd met vogelgriep als ze voldoende infectieus virus binnen krijgen via inademing of via het eten of drinken. Na opname vermeerdert het virus zich eerst op de plaats van binnenkomst, dus in de luchtwegen of het darmkanaal. Na de eerste virusvermeerdering verspreidt het virus zich via het bloed- en lymfesysteem over het lichaam van de gastheer en vermeerdert het virus zich in diverse celtypen in interne organen, hersenen en de huid. Klinische verschijnselen en sterfte door een infectie met hoogpathogene virussen worden veroorzaakt door meervoudige orgaan falen.
*) Eenden, zwanen, ganzen, meeuwen, steltlopers, sternen, kluten zijn het natuurlijk reservoir. Andere wilde vogels, zoals roofvogels, zijn vaak slachtoffer doordat ze in contact komen met bijvoorbeeld een besmette eend.
Redactie Levende Have
