Het aminozuur Hypoglycin A, aangetroffen in de zaden van de vederesdoorn, kan bij paarden de ernstige aandoening atypische myopathie veroorzaken. Dit hebben Amerikaanse onderzoekers aangetoond.
Niet uit te sluiten is dat Hypoglycin A ook voorkomt in de zaden van de gewone esdoorn. Deze boom wordt door de veterinaire kliniek van de universiteit in Wenen aangeduid als potentieel gevaarlijk. Een paard kan maximaal 373 gram per kilo lichaamsgewicht per dag verdragen. Dat komt overeen met opname van zo'n 8000 zaden. Aangezien een boom 500.000 zaden draagt, is het niet uitgesloten dat paarden teveel van de schadelijke stof binnen krijgen en zo atypische myopathie ontwikkelen. Het tijdig bijvoeren van hooi in de periode dat de bomen de zaden loslaten (oktober/november) voorkomt dat paarden zich tegoed doen aan zaden.
De vederesdoorn is een van oorsprong Amerikaanse soort, die in 1688 in Europa is ingevoerd. De dodelijke spierziekte bij paarden “atypische myopathie” lijkt in Europa steeds vaker voor te komen. In de regel sterft 90% van de betrokken paarden aan deze aandoening, vaak binnen 72 uur.
Redactie Levende Have/ Bron: universiteit Wenen