Het Schmallenbergvirus heeft afgelopen zomer vooral in Gelderland en Overijssel toegeslagen. De meeste meldingen van misvormde lammeren komen tot dusver uit deze provincies. Bij rundveebedrijven is besmetting nog altijd niet aangetoond.
Dat blijkt uit het recente overzicht dat door het ministerie van EL&I is vrijgegeven. In totaal zijn er tot en met 30 december 108 meldingen binnen gekomen (67 schapenbedrijven, 40 rundveebedrijven en 1 geitenbedrijf). Inmiddels zijn 37 schapen- en 16 rundveebedrijven onderzocht, waarbij op 27 schapenbedrijven het virus daadwerkelijk is aangetoond. Op 55 bedrijven loopt het onderzoek nog. 18 meldingen kwamen uit Overijsel, 21 uit Gelderland. Van in totaal dertien schapenbedrijven in deze twee provincies is komen vast te staan dat zij een besmetting hebben doorgemaakt.
''Het feit dat het virus op 26 bedrijven niet is aangetoond, sluit een infectie met het Schmallenbergvirus echter niet uit, aangezien de infectie al eerder in de dracht heeft plaatsgevonden. Een test op afweerstoffen tegen het virus, die hierover definitief uitsluitsel moet geven, is in ontwikkeling. Op basis van de uitslag van een test op afweerstoffen zal het aantal positieve bedrijven dus waarschijnlijk nog verder oplopen'', aldus staatssecretaris Bleker in een brief aan de Tweede Kamer.
Omdat nog weinig bekend is over de introductie-, infectie- en verspreidingsroute(s) van het virus, zet Bleker maximaal in op onderzoek naar mogelijkheden tot diagnostiek (vooral het aantonen afweerstoffen), epidemiologie (insleep en verspreiding), en de ontwikkeling van een vaccin. Bleker heeft Eurocommissaris Dalli gevraagd dit onderzoek Europees te ondersteunen.
Redactie Levende Have
Voor een overzicht van de besmettingen, zie dossier Schmallenbergvirus
