Het aandeel landbouwgrond dat in gebruik is bij hobbyboeren bleef de afgelopen drie jaar stabiel: 7%. Ten opzichte van eerdere cijfers van het Landbouw Economisch Instituut (2007) tonen nieuwe cijfers geen grote verschuivingen aan. Op die 7% grond is ruim een kwart van alle land- en tuinbouwbedrijven actief.
Volgens het Compendium voor de Leefomgeving, een samenwerkingsverband van CBS, Wageningen Universiteit en Planbureau voor de Leefomgeving, laten recente cijfers zien dat het bij deze hobbyboeren gaat om kleine bedrijven met een standaardopbrengst tussen de 3.000 en 25.000 euro.
De ondernemers op kleine boerenbedrijven hebben onvoldoende landbouwactiviteiten om van te kunnen leven, zo wordt vastgesteld. Ze opereren doorgaans hobbymatig of zetten stappen in de richting van bedrijfsbeëindiging en hebben veelal nog een andere inkomstenbron. Zo ontvangt bijna een vijfde van deze hobbyboeren AOW.
Meeste hobbyboeren in Overijssel, Gelderland en Drenthe
Het aandeel kleine boeren is het laagst in de provincie Flevoland (5%), zo blijkt uit de recente cijfers. Het op een na laagste aandeel had de provincie Zuid-Holland (20%). Het hoogste aandeel kleine boeren is te vinden in de provincies Overijssel (33%), Gelderland (33%) en Drenthe (32%). Het hoogste aandeel landbouwgrond in gebruik bij hobbyboeren is te vinden in de provincies Overijssel (9%), Gelderland (10%), Noord-Brabant (9%) en Limburg (9%).
Hoofdzakelijk grasland voor schapen en paarden
In 2010 werd door de kleine boerenbedrijven 125.000 hectare landbouwgrond gebruikt. Dit was voor een belangrijk deel grasland (67%). Verder verbouwden de hobbyboeren groenvoedergewassen (17%) en akkerbouwgewassen (16%). Hobbyboeren zijn nauwelijks actief in de tuinbouw. Op de kleine boerenbedrijven lopen naar verhouding veel schapen en paarden rond. In 2010 ging het om 28% van alle schapen en 40% van alle paarden op Nederlandse landbouwbedrijven.
Redactie Levende Have/ Bron: www.compendiumvoordeleefomgeving.nl
Eerder bericht:
LEI telt 19.000 hobbyboeren