In fokkerijkringen is het initiatief genomen om via een langlopende registratie van gegevens over de interne bekkenomvang van koeien en (KI)stieren een beleid te kunnen ontwikkelen dat zal resulteren in meer natuurlijke geboortes. Maar dat kost tijd. Als er bij rundvee een beslissing wordt genomen om een bepaald fokdoel te bereiken, zoals het uitvoeren van een bepaalde kruising, duurt het tenminste drie jaar (9 maanden draagtijd + 2.5 jaar opfokperiode) voor het nieuwe ‘’fokproduct’’ (als het een vrouwelijk dier is) de eerste nakomeling krijgt. Het pas geboren dier heeft ook weer 2.5 jaar nodig om een nakomeling te krijgen. Via de manlijke lijnen kan het iets sneller. Manlijke dieren zijn eerder geslachtsrijp en kunnen veel meer nakomelingen krijgen. Voor het veranderen van de bouw van het bekken van een koe of het produceren van kleinere kalveren is niettemin een doorgevoerd fokbeleid van vele generaties en dus tientallen jaren nodig.
Update september 2019
Met behulp van de overheid is een fokprogramma opgezet: Bewust Natuurlijk Luxe.
Uit de voortgangsrapportage, opgesteld door Wageningen Livestock Research, blijkt dat de genetische vooruitgang voor het reduceren van het aantal keizersneden in het verbeterd roodbont- en het Belgisch-witblauwras het gunstigste is wat door de sector verwezenlijkt kon worden in drie jaar tijd.’ Dat schrijft landbouwminister Carola Schouten in een brief aan de Nederlandse Tweede Kamer. ''Tevens zijn wezenlijke stappen gezet en is het draagvlak voor meer natuurlijke geboorten onder fokkers van luxe vleesvee duidelijk versterkt,'' aldus nog de minister in haar brief.
Schouten laat weten dat er helemaal geen fokverbod mogelijk is. ''‘Het instellen van een fok- of houdverbod is in strijd met richtlijn 87/328/EEG. In deze richtlijn is onder meer bepaald dat lidstaten erop toe moeten zien dat de toelating van raszuivere fokrunderen tot de voortplanting niet wordt verboden, beperkt of belemmerd. Fokrunderen van de rassen verbeterd roodbont en Belgisch witblauw zijn raszuiver en vallen binnen de werkingssfeer van de richtlijn.'' De minister zet haar financiële bijdrage voort, ook al verwacht Wageningen Livestock Research dat het percentage natuurlijke geboorten in 2035 blijft achter bij de doelstelling van 50-60% als het fokprogramma ongewijzigd wordt uitgevoerd. Een aantal zaken moet beter. Dit vergt een inspanning. Belangrijkste aandachtspunten zijn het draagvlak, het verkorten van het generatie-interval en het schatten van fokwaarden voor jonge KI-stieren.