Onderzoek heeft uitgewezen dat er veel STEC-bacteriën voorkomen bij melkgeiten en melkschapen. Het RIVM spreekt over een ''potentieel risico voor de volksgezondheid''.
Ongeveer een kwart van de STEC-infecties bij mensen in Nederland moet worden toegeschreven aan kleine herkauwers. Voor serotype O146 ligt het percentage zelfs op 71-77%. STEC is wijd verspreid. Alle in 2016 door het RIVM en de NVWA onderzochte melkschapenbedrijven en bijna alle melkgeitenbedrijven zijn besmet. Op twee bedrijven hadden mens en dier dezelfde STEC wat betreft serotype en stx genen.
Iets kopen bij bol.com? Klik hier en steun met je aankoop Levende Have
STEC zijn E. coli-bacteriën die de gifstof Shiga toxine produceren. Symptomen van STEC-infecties variëren van milde diarree tot gecompliceerde bloederige diarree (colitis). In sommige gevallen kan het hemolytisch uremisch syndroom (HUS) optreden wat gepaard gaat met acuut nierfalen. Besmetting van mensen kan verlopen via voedselproducten (bijvoorbeeld door het eten van onvoldoende verhit besmet vlees of het drinken van ongepasteuriseerde melk) of door contact met besmette mest.
Voor het onderzoek zijn 175 melkgeitenbedrijven en 35 melkschapenbedrijven onderzocht. De resultaten staan in het rapport Surveillance zoönosen in de melkgeiten- en melkschapenhouderij in 2016
Het RIVM raadt de consumptie van rauwe melk en rauwmelkse producten af. Ook moet het contact tussen de dieren en zwangere vrouwen te worden vermeden.
Redactie Levende Have