Landelijk kennisnetwerk van houders van boerderijdieren

Voeding van schapen

Voeding van schapen

Goed ruwvoer, indien nodig aangevuld met schapen- of rundveebiks, is voldoende voor schapen die hobbymatig worden gehouden. Langvezelig materiaal, zoals hooi en luzernehooi, is van belang voor de penswerking. Na de opname van voer volgen de herkauwbewegingen. Een schaap herkauwt 4 tot 6 maal per 24 uur, telkens 10 tot 50 minuten.

Schapenboek

Het voedselaanbod moet worden afgestemd op de behoefte. Een te rijk voedselaanbod heeft een negatieve invloed op het aflammeren. Tot vier weken voor de geboorte heeft een ooi in normale conditie, genoeg aan gras en hooi. Lammeren je schapen vroeg in het jaar af, voer ze dan hooi bij, ook al is de winter zacht. Het gras bevat in de winter onvoldoende voedingsstoffen. Schapen moeten onder dergelijke omstandigheden veel gras opnemen om in hun behoefte te voorzien. Lukt dat niet, dan heeft dat consequenties voor de ontwikkeling van de placenta, die vooral plaatsvindt in de periode van dertig tot negentig dagen dracht. De laatste vier weken kan zij minder voedsel opnemen en heeft zij extra energie en eiwitten nodig, in de vorm van wat krachtvoer.
Zie ook het artikel in de bijlage: Stofwisselingsziekten door een overaanbod van gras.

Bij een normale conditie zijn de doornuitsteeksels van de lendenwervels bij een flinke druk goed voelbaar. Zijn ze niet voelbaar, dan is de conditie te goed. Voelen ze scherp aan en kan men bij de dwarsuitsteeksels de vingers eronder schuiven, dan is de ooi in een slechte conditie. Zie ook bijlage.

Krachtvoer
Veel ziekten hebben hun oorzaak in het voer. Houd daarom altijd rekening met het soort schaap en met de periode waarin het dier zich bevindt. Zo is het belangrijk de conditie van de ooi op peil te houden aan het eind van de dracht, om slepende melkziekte te voorkomen.
Voorkom melkziekte door ooien aan het eind van de dracht geen voerproducten te geven met een verkeerde calcium-fosforverhouding, zoals aardappelen en graan. In het voer mogen geen dierlijke eiwitten van zoogdieren worden verwerkt om de kans op scrapie te verkleinen.
Schapenbrok is afgestemd op de behoefte van Texelaars, die risico lopen op een kopervergiftiging . Heideschapen daarentegen hebben een veel hogere koperbehoefte dan ze via schapenbrok krijgen toegediend. Het lijkt daarom raadzamer aan heideschapen rundveebrok te voeren i.p.v. schapenbiks.
Verstrek het krachtvoer op zo'n manier dat alle schapen erbij kunnen. Stelregel is een halve meter bak per schaap. Wie bijvoorbeeld acht schapen houdt, kan het beste het krachtvoer over verschillende bakken verspreiden. Alle bakken bij elkaar opgeteld moeten in dat geval ongeveer vier meter lang zijn.


Schapenvoer

Krachtvoer na aflammeren
Ooien met lammeren moeten melk produceren. Een ruim aanbod van goed ruwvoer is ook dan erg belangrijk. Er is in de zoogperiode vaak nog niet voldoende gras beschikbaar. Zorg dus voor een ruif vol met hooi. Daarnaast kun je wat krachtvoer bijgeven. De hoeveelheid is afhankelijk van het ras en het aantal lammeren. Veel voedingsadviezen zijn geschreven voor de professionele schapenhouderij met hoogproductieve schapen en snelgroeiende lammeren. Het Handboek schapenhouderij adviseert een halve kilo per lam per dag. Dat is rijkelijk veel voor een ooi met een lam dat minder snel groeit. Voor een voldoende mineralen- en spoorelementenvoorziening wordt een krachtvoergift van circa 3 ons per dag per lam geadviseerd. Na 4 weken neemt de melkproductie af en kan de ooi minder krachtvoer krijgen. De lammeren beginnen al na drie weken ook hooi te eten. Na circa 6 weken is het normaal gesproken niet meer nodig het rantsoen van de ooien aan te vullen met krachtvoer. 

Mineralenblok voor schapen
Geef schapen altijd toegang tot een mineralenblok. Verstrek aan heideschapen een blok dat koper bevat. Zelfs varkensmest vormt geen probleem voor heideschapen en kan gerust op het land aangewend worden. Zout is onmisbaar in de voeding van schapen. Veel planten en dus ook gras bevatten lage zoutgehalten. Bij inspanning, warm weer en langdurige diarree kan een tekort ontstaan.

Snoeiafval en herkauwers
Voer herkauwers nooit snoeiafval. Adelaarsvaren, bereklauw, eikels, gevlekte scheerling, goudenregen, hedera (klimop), jacobskruiskruid, laurierkers, nachtschade, pieris japonica, rhododendron, sint-janskruid, taxus, vingerhoedskruid en wolfsmelk zijn giftig voor de meeste schapen en kunnen dodelijke gevolgen hebben. Wilgentakken zijn wel geschikt.

Water voor de schapen
De aanwezigheid van schoon en goed drinkwater is van belang voor de gezondheid en vruchtbaarheid van schapen. Drinken de schapen uit de sloot, dan is onderzoek van de kwaliteit van het water noodzakelijk. Doe wat water in een doorzichtig potje. Is het water helder, heeft het geen kleur, bevat het geen deeltjes en geen ijzervlokken, dan kan het als drinkwater voor de schapen dienen. Mits er niet teveel stikstofverbindingen of gifstoffen in zitten. Die zijn niet met het blote oog waar te nemen, maar kunnen wel door laboratoriumonderzoek worden aangetoond.

Gerelateerde onderwerpen:

Terug naar:

Aanbevolen door Levende Have

Dierenwelzijn, de wet en natuurlijk gedrag
Dierenwelzijn, de wet en natuurlijk gedrag €14,95

Bestellen? Klik hier
Schapen in de weiden van de lage landen
NIEUW! Schapen in de weiden van de lage landen  € 24.90

Bestellen? Klik hier

Cover dierenwelzijn de wet en onze democratie
 Dierenwelzijn,
 de wet en 
 onze democratie
 
Gratis te downloaden
 Klik hier