Kopervergiftiging is meestal chronisch: de dieren nemen gedurende een langere tijd systematisch te veel koper op in het voer. Het koper stapelt zich op in de lever en kan in bijzondere situaties, zoals stress, versneld vrijkomen, waardoor een acuut beeld van vergiftiging ontstaat.Kopervergifitiging leidt tot bloedafbraak, waardoor de dieren lusteloos worden. Verschijnselen zijn kortademigheid, donkere urine en een opvallende gele huid en slijmvliezen. Tenslotte sterven er één of meerdere dieren. Het is zelden een aandoening van één dier, meestal loopt de hele koppel acuut gevaar.
De grootste kans op kopervergiftiging treedt tegenwoordig op als schapen in plaats van speciale schapenbrokken, rundveebrokken gevoerd krijgen, waarin het kopergehalte hoger is dan in het schapenvoer, of bij mengvoederfouten. Kopervergiftiging treedt echter pas op wanneer schapen gedurende langere tijd te veel koper opnemen.
De opname van koper uit verschillende grasproducten is niet gelijk: bij vers gras is deze kleiner dan uit kuilgras of hooi. Treedt vergiftiging op, dan ligt de meest waarschijnlijke oorzaak in het krachtvoer en is het aan te bevelen om de schapen in de wei te doen en voorlopig geen krachtvoer meer te verstrekken. Nader onderzoek moet vervolgens uitwijzen wat de verdere maatregelen dienen te zijn.
Verschillende schapenrassen beschikken over een grotere of kleinere opnamecapaciteit van koper. Texelaars zijn gevoeliger en berucht, omdat deze een zeer goede koperopname hebben, terwijl het Finse landschaap en kruisingen daarvan een veel kleinere opnamecapaciteit hebben en daardoor minder gevoelig zijn voor vergiftiging, maar tegelijkertijd gevoeliger voor kopertekorten. Ook Drentse heideschapen krijgen om die reden – als ze bijgevoerd moeten worden - nogal eens rundveebrok.(1)
(1) Koper, Levende Have juni 2008
Terug naar: