Het Ankole-Watusi rund behoort tot de Sanga-groep en wordt afhankelijk van land en streek afwisselend Ankole, Watusi of Insanga genoemd. Vermoedelijk stamt het ras af van de Longhorn Zebu, die zich rond 2000 voor Chr. vanuit India in Afrika terecht kwam.
Kenmerkend zijn de lange hoorns die een spanwijdte van wel 2.5 m kunnen bereiken. Ze wegen tussen de 410 en 730 kg. Deze runderen leven in gebieden waar ze extreme temperaturen moeten kunnen doorstaan. Op het heetst van de dag kan de thermometer oplopen tot bijna 49 graden Celsius en ’s nachts zakken tot min 7.
''Vee van de koning''
Traditioneel worden ze als heilig beschouwd. Ze voorzien de plaatselijke bevolking van melk en slechts in zeldzame gevallen van vlees. Immers, hoe meer koeien iemand heeft, hoe hoger zijn aanzien.Van alle stammen in Oeganda, Rwanda en Burundi, waar de Ankole-Watusi van oudsher voorkomt, zijn vooral de Tutsi’s sterk verbonden met dit ras. Zij noemen het de ‘’Insanga’’. De koeien met de langste hoorns behoren traditioneel toe aan de koning. Daarom wordt het ook wel ‘’vee van de koning’’ genoemd.
Watusi in Nederland
De Watusirunderen staan erom bekend dat ze graag bij elkaar zijn. Zowel overdag als ’s nachts. Ze bieden elkaar bescherming door een cirkel te vormen, met hun hoorns als verdedigingslinie. ’s Nachts slapen ze ook in een cirkel, met de kalveren in het midden.
Watusirunderen komen sporadisch voor in Nederland. De zeldzame exemplaren die hier zijn, bevinden zich bij particulieren, bij een bedrijf dat zich gespecialiseerd heeft in de verhuur van bijzondere dieren en bij een circusgezelschap. De meeste Watusi’s zijn afkomstig uit dierentuinen. Zo heeft het Duitse Natur und Tierpark Brüggen, vlak over de grens bij Swalmen, een kudde Watusi-runderen.
Woodie en Lurch
Twee Watusirunderen zijn opgenomen in het Guiness Book of Records: de stier Lurch had in 2003 zijn vermelding te danken aan zijn 95 cm lange hoorns. De stier CT Woodie overtroefde hem in 2004 met zijn 103.5 cm lange hoorns. Lurch had nog een extra verdienste: hij trad op als bodyguard van een kreupele merrie en voorkwam dat ze belaagd werd door andere paarden in de kudde.
Terug naar:
