Kippen, en ook duiven, kunnen besmet raken met het avipoxvirus, dat pokken veroorzaakt. Deze pokkenziekte kent twee vormen: de huidvorm en difterie. Bij de huidvorm ontstaan er wratachtige zweren, vooral op kop, kam en lellen. Deze pokken verdwijnen meestal weer na zo'n drie tot vier weken.
Bij de difterievorm ontstaan er ontstekingen met verdikkingen in de mondholte of de slokdarm. Dit belemmert de voer- en wateropname. Dieren vermageren, de productie daalt en bij langdurige aanwezigheid zal ook uitval optreden. Een specifieke uiting van difterie komt voor in het strottenhoofd en de luchtpijp.
Bij een dreigende uitbraak van pokkendifterie kunnen de dieren preventief worden gevaccineerd. Het is ook mogelijk de dieren jaarlijks te laten inenten, eventueel in combinatie met andere inentingen. Probleem is echter dat het vaccin niet altijd in kleine hoeveelheden beschikbaar is.
Het virus wordt verspreid door muggen, maar ook door de rode bloedmijt, ook wel bloedluis genoemd. Kippen kunnen elkaar ook besmetten, via wondjes, ademhaling en de drinkbak. De pokken kunnen worden behandeld met jodium. Besmette dieren kunnen het beste apart worden gezet. Het virus treedt het lichaam binnen via beschadigde huid, waardoor kleine prikletsels een snelle verspreiding van het virus geven. Multivitamine preparaten en vitamine A helpen om de algemene toestand van de dieren te verbeteren. Daarnaast is het gebruik van een ontstekingsremmer zeker aan te bevelen.
Terug naar: