Een prolaps kan voorkomen in de laatste weken van de dracht. Geiten met een prolaps oftewel lijfbieden hebben een slijmvliesuitpuiling van de schedewand. Vooral als de geit ligt, is rozerood weefsel goed te zien, soms wat vochtig of etterig. In enstige gevallen kan het weefsel ontstoken zijn.
Deze prolaps is meestal het gevolg van een verzwakking van het bindweefsel tussen de slijmvlieslaag en de spierlaag.
Een prolaps is progressief, het wordt steeds een beetje erger. Ga ook bij twijfel naar de dierenarts, want geiten met een prolaps kunnen interne ontstekingen oplopen en ook veel problemen krijgen tijdens en na het werpen (te weinig ontsluiting, nageboorte komt niet af, blaasontsteking).
Als de diagnose echt een prolaps blijkt, zal de dierenarts het weefsel terugbrengen in de schede en vervolgens van een hechting of een beugel voorzien. Wanneer de geboorte op handen is, wordt die tijdelijke afdichting weer weggenomen. (Er is ook een minder gebruikelijke methode waarbij dat niet hoeft.)
Terug naar: