De Boergeit komt oorspronkelijk uit Zuid-Afrika. De naam 'Boer' houdt verband met de Hollandse immigranten. Zij hebben het ras door intensief fokken geselecteerd.
De Boergeit staat bekend als de beste vleesgeit ter wereld. Karakteristiek is hun snelle gewichtstoename, zware bespiering en goede vruchtbaarheid. Meestal werpen ze tweelingen.
De huidige Boergeit is een mengelmoes van verschillende rassen. Enkele Europese-, Angora- en Indiaanse rassen zijn gekruist met inheemse rassen van de Namaqua-, Khoikhoi- en Bantustammen.
Sinds 1959 worden Boergeiten in Zuid-Afrika geregistreerd. Bokken wegen tussen de 110 en 180 kilo, geiten wegen tussen de 90 en 105. Lammeren groeien (bij intensieve voeding) ongeveer 200 gram per dag. 93 procent van de totale populatie aan Boergeiten bevindt zich in de tropen en subtropen.
De Boergeit wordt niet alleen gehouden voor vleesproductie maar ook voor landschapsbeheer. Doordat het karakter van deze geiten heel plezierig is kunnen ze ook goed naast schapen gehouden worden. Iets wat bij landschapbeheer voordelen biedt.
Daarnaast spelen de uiterlijke kenmerken een rol. Deze zijn plaatsgebonden. Zo is het voor de Zuid-Afrikaanse Boergeiten van belang dat ze over een witte vacht beschikken. De dieren zijn dan op grote afstand te herkennen. Bruine pigmentatie op de voor het zonlicht kwetsbare plekken (onder de staart, rond neus en ogen) maakt de dieren geschikt voor een verblijf in zonrijke gebieden. De Boergeit heeft over het algemeen een lief karakter en kuddes gedragen zich doorgaans rustig.
Terug naar:
