Landelijk kennisnetwerk van houders van boerderijdieren

Paardenhouderij ''zet stap in goede richting’’

Ingediend door jinke op 17 februari 2022 - 09:09

''Een stap in de goede richting'', noemt Machteld van Dierendonck de basisvoorwaarden die aan de Maatlat Duurzame Veehouderij Paard zijn toegevoegd. Deze maatlat, bedoeld voor bouwers van nieuwe paardenstallen die belastingvoordeel willen krijgen, laat zien welke kant het op moet met de huisvesting van paarden. Van Dierendonck: ''Er is best wel wat bereikt. Ik was bang dat er akkoord zou worden gegaan met een aantal onwenselijke punten, onder andere een te kleine minimale leefruimte voor een individueel gehouden paard en dat er geen eis in zou zitten voor voldoende ruimte voor vrije beweging. Dat is niet gebeurd en daar ben ik blij om.''

De Maatlat Duurzame Veehouderij Paard is een instrument waarmee de overheid kan bepalen of een eigenaar van een paardenstal in aanmerking komt voor belastingvoordelen bij nieuwbouw of een verbouwing. Die belastingvoordelen kunnen de bouwers van (nieuwe) paardenstallen verdienen door punten te scoren op 7 gebieden, onder andere vermindering van ammoniakuitstoot en verbetering van welzijn.   
Aanvankelijk waren er zeer geringe basisvoorwaarden en konden sommige punten voor welzijn wel erg makkelijk worden verdiend. Na een consultatieronde over een concept-maatlat kwam er kritiek, onder andere vanuit maatschappelijke organisaties. De Stichting Milieu Keur (SMK), die in opdracht van het ministerie van LNV de maatlat ontwikkelt, nam de kritiek ter harte en kwam met een aangepast voorstel. 
Na een tweede consultatieronde ging er op één punt - de minimale box-grootte - een gemengd advies naar de commissie van deskundigen van het SMK en het ministerie van LNV. Van Dierendonck: ”Waarbij aangetekend moet worden dat het toen leek dat de faciliteiten die reeds op het bedrijf aanwezig waren aan dezelfde minimumeisen moesten voldoen, wat in mijn ogen ook beetje vreemd is, als je wil stimuleren om te verbeteren. Dat bleek gelukkig uiteindelijk een misverstand, het keurmerk dat bij het belastingvoordeel hoort, geldt alleen voor de nieuwe stallen.” 

Minimale binnenmaat van een box
Op verzoek van het ministerie van LNV maakte Van Dierendonck de wetenschappelijke onderbouwing van een aantal basisvoorwaarden die uiteindelijk in de maatlat zijn opgenomen, vooraarden waaraan stallen in elk geval moeten voldoen om punten te kunnen ‘’verdienen’’ op de zeven gebieden. 
Internationaal is al vele jaren de minimale (binnen)maat voor een individuele box (2x stokmaat)2: dat is de maat waarbij een paard normaal kan opstaan en gaan liggen en aan zelfverzorging doen zonder zich te stoten of moeite moet doen. Omdat niet bekend is welke maat paard er in een nieuw te bouwen box komt, is het logisch die stokmaat te nemen waar ± 90% van de paarden onder valt: 175 cm, aldus Van Dierendonck. Die stokmaat van 175cm leidt dan tot een minimale leefruimte van 12,3 m2 (en dat kan onder andere bereikt in een stal van 3.5*3.5 meter). 
In de concept-versie ging de maatlat uit van een minimumoppervlak van 10.5 m2 per paard. Van Dierendonck: “Dat is de minimale boxmaat voor een paard tot 162 cm; voor alle paarden die groter zijn, is de box dan dus te klein. Als een paard veel uren vrije beweging buiten de box heeft, dan wordt een te kleine box maat uiteraard wel wat gecompenseerd: maar ook die paarden worden soms weken op stal gehouden als het slecht weer is en dan wordt het wel een probleem. Waarom niet zorgen dat als je nieuw bouwt met belastingvoordeel je je houdt aan de internationaal minimaal afgesproken oppervlakte voor zo veel mogelijk toekomstige bewoners? Het gaat toch over een minimummaat”. 

Bij het oppervlak van 12,3 m2 heeft de Sectorraad Paarden overigens alweer de nodige kanttekeningen heeft geplaatst: ‘’Een box van 3m bij 4m voldoet daarmee niet aan de instapeis’’, stelt de Sectorraad Paarden op de eigen website. ‘’Hierdoor wordt de grote groep bedrijven in de paardensector uitgesloten, die je juist wilt mobiliseren om duurzaamheidsinvesteringen te doen. Daarbij komt natuurlijk ook nog dat qua duurzaamheidsinvesteringen de paardensector niet vooroploopt. Met deze instapeisen wordt een inhaalslag of überhaupt verbetering niet gestimuleerd.’’
De Sectorraad Paarden geeft mede namens FNRS, LTO Nederland en Stichting Welzijn en Paard (KPW) aan onaangenaam verrast te zijn over deze randvoorwaarde van 12,3 m2 en gaat proberen daar alsnog verandering in aan te brengen. Van Dierendonck reageert: “Het verbaast me wel dat ze over 30cm2 meer zulke sterke conclusies trekken, dat een groot aantal bedrijven zou worden uitgesloten  Voor de toekomstige paarden in nieuwe stallen lijkt het me belangrijk dat de minimale leefruimte per paard voor het merendeel gewaarborgd is. Dat kan waarschijnlijk ook nog wel met boxen van 12 m2 (= geschikt voor stokmaat tot 173 cm), maar dat kan niet bij 10.5 m2.’’

Vrij bewegen
Naast een grotere leefruimte voor paarden – waarbij ook nog eens als voorwaarde is opgenomen dat 10% van de dierplaatsen groter moet zijn dan het vastgestelde minimum - is ook nog de noodzakelijke ruimte om vrij te kunnen bewegen en 24/7 sociaal contact tussen paarden onderling in de randvoorwaarden opgenomen:

•    bij individuele huisvesting zonder vaste uitloop moet voor 20% van de dierplaatsen een buitenuitloop aanwezig zijn van tenminste 15 x 7,5 meter;
•    bij individuele huisvesting die een vaste uitloop hebben moet voor 5% van de dierplaatsen een buitenuitloop aanwezig zijn van tenminste 15 x 7,5 meter;
•    alle dieren op het bedrijf worden gehuisvest met zicht op andere paarden binnen 30 meter én hebben vrij zicht via tenminste twee wanden van het verblijf.
Van Dierendonck is tevreden over deze toevoegingen aan de Maatlat Duurzame Veehouderij Paard: ‘’Paarden mogen niet blind staan. Ze moeten altijd andere paarden kunnen zien. Meer mogelijkheden tot sociale communicatie leveren meer punten op’’, zegt ze. En: ‘’Heel belangrijk is dat in nieuwe stallen waar niet ieder paard vaste individuele uitloop krijgt, toch voor 20% van de boxen minimaal een mogelijkheid aanwezig is om vrij te kunnen bewegen. Die 20% betekent dat er tegemoet kan worden gekomen aan de behoefte van ± 2 uur vrije beweging per dag in de winter voor alle paarden in die boxen. Een permanente uitloop aan een box, is nu eenmaal niet altijd overal mogelijk. Het systeem van de maatlat zit zo in elkaar dat daar wel extra punten mee kunnen worden verdiend. Ik heb sterk geadviseerd om ruim punten te geven als er een individuele uitloop aan zoveel mogelijk boxen wordt gemaakt. Belangrijk is dat een paard iedere dag minstens twee uur vrije beweging kan krijgen. Dat mag ook binnen. Of in een paddock.’’


‘’De social licence van de paardenhouderij staat op het spel. Het is één voor twaalf’’ 


De praktijk moet nu uitwijzen in hoeverre de maatlat gaat leiden tot een verbetering voor paarden die een groot deel van hun leven in stallen doorbrengen. Het gaat hier alleen om eisen aan ‘de hardware’, benadrukt Van Dierendonck. ‘’Ik hoop dat dit tussen en oren komt en dat de sector zich realiseert dat de social license van de paardenhouderij echt op het spel staat. Er moet iets gebeuren. Niet alleen het rijden en de omgang, maar ook de paardenhouderij zelf staat onder druk. Het is één voor twaalf.
''Een onderdeeltje om tegemoet te komen aan de behoeften van paarden is bijvoorbeeld de dagelijkse mogelijkheid voor voldoende vrije beweging voor alle paarden, dat is wel het minste wat we moeten willen. Investeren in een buitenruimte hoort daar dus ook bij. Nu is het nog zo dat veel paarden helemaal geen vrije beweging hebben, of omdat eigenaren er bang voor zijn of omdat er onvoldoende (buiten)ruimte voor is. Daarbij wil ik wel opmerken dat paarden die naar buiten kunnen, daar alleen baat bij hebben als ze met meerdere paarden buiten staan. Ze moeten ook buiten in elk geval een ander paard kunnen zien. Dat is echt een wetenschappelijk onderbouwde behoefte.
''Over groepshuisvesting zijn ook normen opgenomen in de maatlat. Echter, voorstellen om paarden alleen nog maar in groepen huisvesten - zoals een aantal maatschappelijke organisaties wil - is in mijn ogen helemaal geen goed idee. Dat kan niet zolang niet alle paarden zich voldoende sociaal hebben kunnen ontwikkelen tijdens hun opgroeiperiode; en zolang er bedrijven zijn met een steeds wisselende paarden populatie. Stabiliteit in de groep is een van de voorwaarden voor een succesvolle sociale groep. Maar er zijn veel meer paarden in Nederland die sociaal gehouden zouden kunnen worden. Voor deze paarden kunnen de boxen open.’’

Het certificatieschema voor duurzamere paardenstallen vind je hier: https://www.smk.nl/news/certificaat-voor-duurzamere-paardenstallen/

*) Machteld van Dierendonck is bioloog, klinisch etholoog en onafhankelijk wetenschapper. Naast onderzoek en onderwijs houdt ze zich bezig met de behandeling van probleempaarden en paardenproblemen. http://www.equusresearch.nl/

Redactie Levende Have/Jinke Hesterman

Dossier

Aanbevolen door Levende Have

Dierenwelzijn, de wet en natuurlijk gedrag
Dierenwelzijn, de wet en natuurlijk gedrag €14,95

Bestellen? Klik hier
Schapen in de weiden van de lage landen
NIEUW! Schapen in de weiden van de lage landen  € 24.90

Bestellen? Klik hier

Cover dierenwelzijn de wet en onze democratie
 Dierenwelzijn,
 de wet en 
 onze democratie
 
Gratis te downloaden
 Klik hier