De vaccinatie tegen Q-koorts is niet 100 procent effectief. Onlangs is op een melkgeitenbedrijf in Heeten in de provincie Overijssel de Q-koortsbacterie opgedoken.
Het bedrijf moet volgens nieuwe Voedsel- en Warenautoriteit (nVWA) extra hygiënemaatregelen treffen. Dieren worden sinds de vaccinatiecampagne niet meer geruimd. De besmetting toont aan dat vaccinatie de bacterie niet volledig heeft bestreden. ''Q-koorts is endemisch'', aldus een woordvoerster van de nVWA. ''We gaan er wel van uit dat door vaccinatie de aanwezigheid van Q-koorts drastisch is ingeperkt.''
Het bedrijf in Heeten is het tweede waar dit jaar Q-koorts is vastgesteld. Eerder was er een melding van een geitenbedrijf in het Wamel. Dat betrof een herbesmetting. Het bedrijf in Heeten was niet eerder besmet.
De lijst met alle besmettingen telt sinds 2009 95 bedrijven, waarvan er 65 nog steeds als besmet te boek staan, aldus de nVWA. Een actuele lijst en een kaartje kaart met een overzicht van de besmettingen met Q-koorts is te vinden op het dossier Q-koorts op deze website.
Onderzoek naar vaccin tegen Q-koorts
Geiten en schapen die gevaccineerd zijn met het Q-koortsvaccin Coxevac dragen overigens wel vele malen minder Coxiella burnetii-bacteriën bij zich dan niet-gevaccineerde dieren. Dat blijkt uit onderzoek van de faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht. Het onderzoek is uitgevoerd tijdens de ruiming van drachtige geiten en schapen eind 2009, begin 2010.
Van de geiten die voor het eerst drachtig waren (jonge geiten) is een uitstrijkje genomen en vruchtwater verzameld. Van de drachtige melkgevende geiten zijn daarnaast melkmonsters genomen. Uit de analyse van de resultaten bleek dat de dieren die gevaccineerd waren met het Q-koortsvaccin Coxevac, aanzienlijk minder vaak de Coxiella burnetii-bacteriën bij zich hadden in vruchtwater, uitstrijkjes en melk, dan de dieren die niet gevaccineerd waren. Dit effect was het sterkst in vruchtwater en bij de jonge dieren.
Niet-gevaccineerde jonge geiten hebben tientallen keer meer kans om de Coxiella burnetii-bacterie in het vruchtwater te hebben dan gevaccineerde jonge geiten. Uitscheiding van C. burnetii is het hoogst tijdens lammeren en abortus, waarbij besmet vruchtwater, vruchtvliezen en de moederkoek in de omgeving terecht komen.
Redactie Levende Have/bron: nVWA en Universiteit Utrecht
